De zorgplicht bij bedrijfsongevallen: hoe ver reikt deze nou eigenlijk?




25 juli, 2022

De zorgplicht bij bedrijfsongevallen: hoe ver reikt deze nou eigenlijk?

Een ongeluk zit in een klein hoekje, blijkt maar weer uit de tal van bedrijfsongevallen die jaarlijks plaatsvinden. Een werkgever is in principe aansprakelijk voor schade die de werknemer lijdt in de uitoefening van zijn werkzaamheden, tenzij de werkgever kan aantonen dat hij aan zijn zorgplicht heeft voldaan óf de werknemer bewust roekeloos of met opzet heeft bijgedragen aan de schade. Maar wanneer is nou eigenlijk aan die zorgplicht voldaan? Uit een recent arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden blijkt – in lijn met vaste rechtspraak - dat van de werkgever de nodige maatregelen mogen worden verwacht om aan aansprakelijkheid voor bedrijfsongevallen te ontkomen. In deze blog leest u daarover meer!

Het wettelijk kader

Een werkgever is op grond van de wet verplicht om de werkplek en de daarbij te gebruiken gereedschappen op een zodanige manier in te richten en te onderhouden dat wordt voorkomen dat de werknemer in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade lijdt. De werkgever dient ter voorkoming van een bedrijfsongeval de redelijkerwijs benodigde maatregelen te treffen en aanwijzingen te verstrekken aan de werknemer. De werkgever zal bij een aansprakelijkstelling moeten aantonen dat hij aan deze zorgplicht heeft voldaan. Het laat zich raden dat het van geval tot geval zal verschillen welke veiligheidsmaatregelen en toezicht op de naleving daarvan redelijkerwijs van de werkgever verwacht kunnen worden.

Arrest gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

In de zaak bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 15 maart 2022 werd de werkgever aansprakelijk geacht voor de letselschade die de werknemer opliep, nadat hij bij het dichten van een plafond door een gipsen plaat is gezakt en drie meter naar beneden viel. De werknemer was niet aangelijnd en droeg geen veiligheidsharnas. De werkgever stelde zich in deze kwestie op het standpunt dat zij de werknemer vooraf heeft gewaarschuwd om het gipsen plafond niet te betreden en dat zij daarmee op zichzelf gezien al aan haar zorgplicht heeft voldaan. Volgens werknemer is echter op een later moment door werkgever gezegd dat de gipsen vloer beloopbaar was. De werkgever kon vervolgens niet bewijzen dat een duidelijke, eenduidige instructie is gegeven dat het gipsen plafond niet betreden mocht worden. Ook kon de werkgever onvoldoende onderbouwen dat een instructie is gegeven om het plafond van onderaf te dichten.

Daarnaast stelde werkgever dat zij de instructie heeft gegeven om ter plaatse van het gipsen plafond van bovenaf te werken, waarbij in een toolboxmeeting – dit is een periodieke bijeenkomst waarin de algemene veiligheid op de werkvloer centraal staat – besproken is dat bij werkzaamheden op hoogtes een harnas en veiligheidslijn gebruikt dienen te worden. Het gerechtshof verwerpt dit verweer en oordeelt dat een algemene instructie tijdens een toolboxmeeting onvoldoende is om aan de zorgplicht te voldoen.

Het hof overweegt vervolgens – in lijn met vaste rechtspraak - dat het antwoord op de vraag welke instructies of maatregelen van de werkgever verwacht kunnen worden, afhankelijk is van de omstandigheden van het geval, waaronder de aard van de werkzaamheden, de kans dat zich een ongeval zal voordoen, de ernst die de gevolgen van een bedrijfsongeval kunnen hebben en de mate van de bezwaarlijkheid van de te nemen veiligheidsmaatregelen. Afhankelijk van de omstandigheden is de werkgever niet alleen verplicht om op de gevaren afgestemde instructies te geven, maar dient zij ook toe te zien op de naleving van de veiligheidsinstructies door werknemers. Immers is het voorzienbaar dat werknemers wel eens nalaten de geraden voorzichtigheid in acht te nemen.

In het onderhavige geval ging het om een serieus risico op een val van een hoogte van drie meter, met een grote kans op ernstig letsel tot gevolg. Omdat deze gevaren voor werkgever kenbaar waren en zij erop bedacht had moeten zijn dat de werknemer niet vanuit zichzelf een veiligheidsharnas met aanlijning zou aantrekken, had zij een specifieke mondelinge instructie moeten geven om dat te doen. Dit geldt des te meer nu een dergelijke instructie geen bezwaarlijke maatregel is voor de werkgever en de valharnas met aanlijning in dit specifieke geval niet volgens de gebruikelijke wijze vast te maken was. Door slechts algemene instructies over veilig werken op hoogte in een toolboxmeeting te geven, heeft werkgever niet de aanwijzingen verstrekt als redelijkerwijs nodig waren om te voorkomen dat werknemer in de uitoefening van zijn werknemer schade leed. Derhalve is de zorgplicht van de werkgever geschonden en is zij aansprakelijk voor de schade ten gevolge van het bedrijfsongeval.

Tips voor werkgevers

Dit arrest onderstreept wederom het belang van de werkgever om duidelijke, op de werkomstandigheden gerichte instructies aan de werknemer te geven en de nodige maatregelen te treffen om bedrijfsongevallen te voorkomen. Algemene instructies en maatregelen zijn in de regel onvoldoende; ook dient de werkgever toe te zien op de naleving van de instructies en maatregelen door de werknemer. Slechts wanneer de werkgever kan aantonen dat zij de redelijkerwijs benodigde veiligheidsinstructies heeft gegeven én in het toezicht daarop heeft voorzien, zal zij aan aansprakelijkheid ontkomen. Het verdient daarom aanbeveling om duidelijke, eenduidige veiligheidsvoorschriften, protocollen en een Risico inventarisatie- en evaluatie (RI&E) binnen de organisatie te hanteren, die van tijd tot tijd herzien zullen moeten worden. Het is bovendien raadzaam om met werknemers in gesprek te blijven over de veiligheid binnen het bedrijf; een gewaarschuwd mens telt immers voor twee.

Heeft u een vraag over uw zorgplicht als werkgever of bent u als werknemer betrokken geweest bij een bedrijfsongeval?

Onze advocaten van de sectie Letselschade en Verzekering helpen u graag verder. Neem gerust en geheel vrijblijvend contact met ons op.
auteur: mr. Saskia Regtuit

U mag dit bericht delen:

U mag dit bericht delen: